Voormalig DDR bokskampioen Herbert verdient zijn geld tegenwoordig als uitsmijter en het ophalen van niet uitbetaalde schulden in de onderwereld van Leipzig. Het trainen van de jonge getalenteerde bokser Eddy brengt hem een beetje terug naar het verleden en daarmee brengt hij wat vreugde in zijn bestaan. Na een training met Eddy wordt Herbert plotseling met hevige pijnen geconfronteerd. Hij wordt gediagnosticeerd met een ongeneeslijke zenuwziekte (ALS). Met nog weinig tijd te leven, worstelt Herbert met zichzelf en de muur die hij jaren lang om zich heen heeft gebouwd. Hij geeft zichzelf en de mensen om hem heen op, op één persoon na: zijn verloren dochter Sandra. Langzaam probeert Herbert haar vertrouwen terug te winnen, terwijl zij op haar beurt bang is om haar stervende vader weer toe te laten in haar leven en het leven van haar dochter, Herberts kleinkind.
